Van der Laan en Walma stellen dat de Commissie Farmaceutische Hulp alleen een plaats ziet voor een thiazolidinedion (TZD) indien de combinatie van metformine met een sulfonylureumderivaat wegens contra-indicaties of intolerantie niet mogelijk is. Dit wijkt af van de richtlijnen over de orale medicamenteuze behandeling in de NHG-Standaard Diabetes mellitus type 2. Zij betreuren het dat de werkgroep niet terughoudender is geweest bij de plaatsbepaling van pioglitazon.1